woensdag 28 augustus 2024


 

de lucht leek groen die trage ochtend
aan de grafsteen van Sophie, amper vier
in 1924, haar moeder Johanna werd lang geleden 76

ik neem de regen niet ernstig in deze vroege morgen
tussen de spleten het onkruid, er vervelt een boom naast de zerk
ik wou dat er een kauw landde op de steen
zo heel even, en liefst elke ochtend, in elk seizoen
bij het ontwaken van de dag
en op de dikke laag sneeuw, die onvergankelijke kraaiepootjes
van je hebt geleefd
het meisje met het heel lange
zwarte kleed maar onpeilbare diepe split laat veel open
een vermoeden van
het gespeelde ongeïnteresseerde
de onkreukbare godin met enkel hulpeloze aanbidders

je wordt stapelgek van het vervolg vooral
omdat je weet dat het nooit komt

 

zondag 4 augustus 2024

 

de kraanvogel riep het vrouwtje
radeloos, die schrille kreet
zoals dieren ruiken als onweer nadert
of het blinde kind de moederborst
 
hij wist het, de kraanvogel
die zesde augustus in Hiroshima
niemand die het hoorde,  laat staan luisterde
een vogel, ach wat gekwek
Truman weet wel wat hij doet
wat een naam ook
of Little Boy, het leek wel een Indianenverhaal

ineens weet je het gewoon al lijkt het onuitspreekbaar de leegte van niet meer stil staan bij het rillen van een eikenblad het niet meer gei...