de oude horlogemaker in de Kloosterstraat
is nooit gehaast, beter
dan wie ook kent hij het druppelen
van de tijd, vantijd tot tijd
kijkt hij door het raam, een ogenblik slechts
passanten rennen niets ontziend
legt hij minutieus de seconden op de lange werktafel
er is nooit urgentie bij de wijzerplaat, het kristal, de tandwielen
hij raakt haast opgewonden, zo wrijft hij ze
schoon, fonkelend als nieuw
zeker niet altijd zie je hem monkelen
omwille van het gejaagde op straat
hij werkt nooit tegen de klok, de oude
reparateur die zorgvuldig sorteert om geen vlekje of kras te maken
men morst niet met oneindigheid
de volstrekt enige mens op aarde die de tijd kan stil leggen
je hoort hem amper ademen, feilloos
op het ritme van de onverslijtbare staanklok
Geen opmerkingen:
Een reactie posten